default

De Duitse kunstenares en activiste Ann Messner woont en werkt in New York, waar ze in 1973 haar bachelor in de Schone Kunsten behaalt aan het Pratt Institute in Brooklyn. Haar werk richt zich sinds eind jaren zeventig op de relatie tussen het individuele lichaam en de grotere sociale levensvormen zoals die voorkomen in de openbare ruimte. Haar onderzoek naar bewoonbare ruimtes leidt in 1980 tot de baanbrekende Real Estate Show, een project dat de problematiek van de lage-inkomenswijken wil blootleggen door een verlaten gebouw in te nemen en er een tentoonstelling te presenteren. 

Ann Messners werk concentreert zich op kwesties als openbaarheid, overdracht en de dynamiek van de menigte. In haar Subway Series, uitgevoerd in de metro van New York City tussen 1977 en 1979, voert ze een reeks interventies uit in de - letterlijke - beweging van de stad. In Frogman trekt ze een duikpak, masker en zuurstoftank aan om zich langzaam een weg te banen door de lengte van de wagons. In Balloon blaast ze tijdens de spits langzaam een grote ballon op in een metro, waardoor medepassagiers gedwongen worden te verschuiven om ruimte te maken.

De kunstpraktijk van Messner omvat ook verschillende grootschalige openbare sculpturen die gericht zijn op stedelijke ruimtes. Het werk Meteor, geïnstalleerd op Times Square in New York City, bestaat uit vijf gelaste stalen sculpturen met verschillende visuele affiniteiten met technologie en huishoudelijk artikelen zoals strijkplanken.

Gedurende haar hele carrière richt de kunstenares en activiste haar aandacht consequent op de onopgeloste schisma's tussen privéleven, ruimte en publiek-maatschappelijke ervaringen. Ze is ook actief lid van politieke coalities zoals Artists Against the War, The Critical Voice en het Activist Response Team; groeperingen die zich toeleggen op niet-hiërarchische reacties op politieke gebeurtenissen, zoals de Amerikaanse oorlog tegen het terrorisme.

Messner staat ook bekend om haar solidair activisme dat de aandacht wil vestigen op de ongelijke verdeling van onroerend goed in New York. Ze neemt deel aan The Real Estate Show, een extralegale kunstenaarsbezetting van een leegstaand gebouw in New York City waar de groepering een tentoonstelling organiseert over leegstand, verkrotting en sociale deprivatie. Ze toont er een multiple met een souvenirafbeelding van een vrouw voor de originele show-affiche.

Volledig in de geest van het werk van Gordon Matta-Clark, die in die periode insnijdingen maakt in gebouwen, maakt ze in 1979 de fotocollage A hole cut in the door, waarop een opengezaagde toiletdeur te zien is met daarachter een rol toiletpapier en het silhouet van een zittende vrouw.

Context-nota: het werk “A hole cut in the door” behoort tot de collectie van de Stichting Gordon Matta-Clark, die thans beheerd wordt door het M HKA. Wanneer Gordon Matta-Clark in 1978 op 35-jarige leeftijd sterft, wordt de Stichting Gordon Matta-Clark (1979-1985) opgericht om Office Baroque, het enige nog bestaande ‘cutting’-werk van de kunstenaar, te redden van de sloop. Vele kunstenaars schenken werk aan de Stichting. Helaas mislukt de reddingspoging en het werk van verschillende kunstenaars wordt terug opgeëist. Sommige blijven achter hun schenking staan en hopen hiermee de oprichting van een museum van hedendaagse kunst in Antwerpen te steunen. Zo vormt de Stichting Gordon Matta-Clark een belangrijke link tussen het ICC en de uiteindelijke oprichting van het M HKA. De 182 werken van de Stichting liggen aan de basis van de M HKA-collectie en benadrukken de internationale solidariteit en het politieke draagvlak van de kunstenaars. Ann Messner hoort daar ook bij.