Just testing with the M HKA Content!!

Laure Prouvost

°1978
Leeft in Brussels, BE
Geboren in Croix, France, FR

De Franse kunstenares Laure Prouvost (°1978) groeit op in Croix en gaat beeldende kunsten studeren aan het Goldsmiths College en het Central Saint Martins College of Arts and Design in Londen. Sinds 2013 woont en werkt ze in Antwerpen. Haar œuvre bestaat uit videokunst, installaties en schilderijen. In haar werk onderzoekt ze de verbindingen tussen taal, beeld en perceptie. De toeschouwer krijgt een salvo snel bewegende beelden, onsamenhangende teksten, bevreemdende geluidsfragmenten, sloganeske mededelingen en zinledige objecten over zich heen. Persoonlijke herinneringen en dromen worden gecombineerd met artistieke, filosofische en literaire verwijzingen. Haar werk is ongrijpbaar, maar het laat de gedachten niet los. Het is een artistieke uitdrukking van mentale denkprocessen, van psychoanalyses, van onze relatie met de buitenwereld en objecten.

Meestal bestaan de installaties van Prouvost uit videobeelden waarrond ze een meeslepende installatie bouwt die ze op humoristische en eigenzinnige wijze samenstelt. Ze gebruikt taal die zinspeelt op miscommunicatie. Ze zoomt in op het verloren gaan van betekenissen bij vertalingen en ze herdenkt bestaande associaties tussen woord en beeld. Verhalen die gewoonlijk lineair verteld worden, haalt ze door elkaar. Op die manier geeft de kunstenares haar persoonlijke herinneringen weer, echt of verbeeld, en vol artistieke, literaire en filosofische verwijzingen. Ze creëert ook complexe (film-)installaties waarbij fictie en realiteit in elkaar overvloeien. De films worden in een zorgvuldig geconstrueerde setting met een scala aan gevonden voorwerpen, sculpturen, schilderijen, tekeningen en meubels geplaatst. Deze voorwerpen lijken op het eerste zicht enkel te functioneren als relikwie maar hebben ook steeds een link met het overkoepelende verhaal. Alles situeert zich tussen waarheid en leugen, tussen inbeelding en mogelijkheid. De installaties zijn een onsamenhangend geheel van dingen die denkbeelden en gebeurtenissen evoceren en  tal van associaties oproepen maar die nooit de bedoeling hebben de gedachten van de toeschouwer te sturen of antwoorden te presenteren. Ze zetten enkel aan het denken. Haar werken vinden hun weerklank in de belangrijke wetenschappelijke filosofische en psychoanalytische theorieën van halverwege de 20e eeuw. Hieronder valt ook het werk van de pioniers van de objectrelatietheorie, zoals psychoanalytica Melanie Klein, die de kernaspecten van de menselijke intellectuele en emotionele ontwikkeling bestudeerde zoals die tot stand komt door onze relatie tot objecten en de buitenwereld. Haar kunst toont ook raakvlakken met de filosofische werken van Simone de Beauvoir, en dan vooral als het gaat om de behoefte aan erkenning van onze fundamentele ‘ambiguïteit’ als mens om vrijheid te kunnen ervaren. Het werk van Prouvost tracht op gelijkaardige wijze de fundamentele omstandigheden van het menselijke subject te situeren in het verlies van betekenis dat zich afspeelt in de modernistische dualiteit tussen natuur en cultuur, intuïtie en rede.

In december 2013 wint Laure Prouvost de Turner Prize voor haar videowerk en installatie Wantee. In deze installatie heeft ze de woonkamer van haar fictieve grootvader, zogezegd een conceptuele kunstenaar, nagebouwd. Ze laat zien wat er nog van zijn werken overblijft nadat hij werd verstoten door de kunstwereld. De naam Wantee is een verwijzing naar de bijnaam van Kurt Schwitters, met wie haar grootvader bevriend was en van wie ze een zeldzaam klein kunstwerk toont. “U moet het allemaal niet geloven, maar het mag”, zegt ze in een interview. Haar kunst is even ongrijpbaar als een dwaaltocht door het onbewuste.

In 2019 bouwt ze een museale tentoonstelling in het M HKA, AM-BIG-YOU-US LEGSICON, het wordt een terugblik op haar gehele carrière. De tentoonstelling focust vooral op haar werken die een bijzondere aandacht hebben voor de denkwijze die ze heeft ontwikkeld om “een complexe mentale toestand” aanschouwelijk te maken. In een allesomvattende setting - zonder duiding of parcours - creëert ze een labyrint vol verwijzingen en reminiscenties, waar flarden van wetenschappelijke, filosofische en psychoanalytische theorieën rondwaren.

Zonder opdringerigheid refereert ze aan de complexiteit van het bevattingsvermogen. Ze toont de onstabiele relatie tussen verbeelding en realiteit waarbij ze een ruimte opent waar toeschouwers zich provocatief kunnen verhouden met surreële aspecten van betekenis.