Ben

Benjamin Vautier, beter bekend als Ben, is een Franse Fluxus-kunstenaar, geboren in Italië, als zoon van een Ierse moeder en een Zwitserse vader. Na de oorlogsverklaring in 1939 wijkt de familie achtereenvolgens uit naar Zwitserland, Turkije en Egypte om zich in 1949 definitief te vestigen in Nice. Daar studeert Ben af aan het Stanislas-college en begint er in 1958, met de financiële hulp van zijn moeder, een boeken- en papierwinkeltje Magazin, dat hij al vlug van de hand doet om een platenwinkel annex tentoonstellingsruimte te openen. Het wordt een broedplaats voor de toenmalige Franse avant-garde (César, Arman, e.a.). Voor de jonge kunstenaar opent een nieuwe wereld. Ben raakt meer en meer in de ban van het werk van Yves Klein (nouveau réalisme) en Marcel Duchamp (dadaïsme), en richt in 1959 een eigen tijdschrift op: Ben Dieu. Sindsdien zijn taal en woordkunst bondgenoten. Ben gebruikt beide als media voor zijn tekstschilderijen, assemblages en installaties.
De dragers van zijn werk schildert Ben consequent universeel zwart, waarop hij vervolgens in een sierlijk handschrift een witte tekst schrijft. Van in het begin toont Ben zich als een tegendraads vernieuwer die de kunst radicaal in vraag stelt met sloganeske bedenkingen: “N’importe qui peut avoir une idée”, “La verité sonne faux”, “Je pis donc je suis”, “Art is only a question of Signature, Date”, “J’aurais voulu être ce cactus dans le cul de l’art”, of zijn controversiële lijfspreuk: "L'art est inutile. Rentrez chez vous”. In 1962 sluit hij zich aan bij de Fluxusbeweging. Hij probeert met zijn kunst de volledige wereld te omvatten door alle mogelijke gedachten, uitspraken en meningen te koppelen aan de meest uiteenlopende, of zo mogelijk alle voorwerpen en objecten, waardoor het ganse leven kunst wordt, en kunst het leven.
De opvatting dat in kunst alles mogelijk is, laat hem toe om zowel te beweren dat alles kunst is, maar ook dat niets kunst is, dat kunst bijgevolg niet bestaat. Tussen deze twee uitersten bevindt zich een rijk en weldoordacht oeuvre, dat doordrenkt is van spot, ironie en cassante retoriek. Exemplarisch hiervoor is het houten paneel in de collectie van het M HKA met als opschrift: “Ik, Ben, signeer als kunst: de kasseien, de sneeuw, de auto's, de meeuwen, de wind en U die hier staat en dit leest.”
De talloze zwart-witte, handgeschreven werken die hij met Ben ondertekent, behoren intussen tot de meest herkenbare producten van de Fluxus-beweging. Zijn obsessieve verkenning van het handschrift en de signatuur roept het werk van Manzoni of Broodthaers op. Dankzij zijn interesse voor de betekenis en de inhoud van het woord levert het intellectuele én controversiële werken op. Gaandeweg begaf hij zich op allerlei terreinen: hij maakt niet alleen tekstschilderijen maar ook films, gedichten, installaties en performances. Sinds het einde van de jaren 90 legt hij zich meer en meer toe op het internet, waarbij hij zich nog steeds vragen stelt over de rol van de kunstenaar en de betekenis van de kunst, wat hij in 1987 al samenvatte in een relativerend paneel: “c’est le courage qui compte”.
HW/DE